zondag 30 augustus 2020

Mijn Schaakboeken [Martin van der Hidde]

 Begonnen bij de schaakvereniging Erasmus, overgenomen door de RSB, de eerste bijdrage van een lid van de Schaakvereniging Maassluis. Martin van der Hidde over zijn schaakboekverzameling.

Geen idee hoe oud ik exact was toen ik schaken leerde. Bij ons in het gezin werd niet geschaakt. Maar mijn ouders hadden een huisje op Vlugtenburg en daar zaten we dus de hele zomer. Onze buurman, toen een vijftiger schat ik, bracht mij begin jaren '70 de beginselen van het schaken bij. Ik was direct verkocht, en speelde tegen iedereen die maar wilde spelen. Van schaakboeken, schaakvereniging, grootmeesters of theorie had ik nog nooit gehoord. Het was een spelletje, net als RISK of Stratego. Wist ik veel.... Maar dat veranderde toen ik met Sinterklaas Inleiding tot het Schaakspel van Hans Bouwmeester kreeg. Deel 1 uit de beroemde Prisma-reeks. 



Het leek alsof ik de wereld bezien had met een doos met een smalle spleet op mijn hoofd, welke door dit boekje afgezet werd. Jong en leergierig als ik was slurpte ik de inhoud van het boekje naar binnen. Partijen, puzzels, theorie, ik kende het boekje van voor naar achter.
Het gevolg was dat mijn niveau een sprong maakte en er niemand in familie- of vriendenkring meer tegen mij wilde spelen.... En zo maakte ik begin jaren zeventig mijn debuut bij de Schaakvereniging Maassluis. Ik verwachtte dat de jongens daar wel meer kennis dan ik zouden hebben, maar dat bleek al snel een illusie. Met de kennis uit Prisma boekje 1 kwam je een heel eind..... 
Al snel speelde ik met de senioren mee en werd ik op weerstandspunten tweede bij het PK van de RSB tot en met 15 jaar. In de tussentijd wel met wat meer Prisma boekjes van Bouwmeester. Toen kwam de pubertijd. Drank en vrouwen dreven mij van Caïssa weg! Een veelbelovende schaakcarrière werd in de kiem gesmoord!
 Er volgt een lange periode waarin schaken een wat ondergeschikte rol speelt in mijn leven. Studie, militaire dienst, gezin, werk..... Veel schaakstudie werd er niet gedaan op wat vage openingen na, zo had ik bijvoorbeeld een abonnement op Kaissiber, een Duits tijdschrift vol met bizarre openingsideeën. Ook werd de Slegte altijd bezocht als ik in Rotterdam was. Vrijwel altijd stonden er wel één of meerder schaakboeken die voor een paar gulden meegenomen werden. Mijn schaakbibliotheek bestond zo rond de eeuwwisseling uit wat (Sport Verlag Berlin) openingsboeken, wat Bouwmeester, wat Euwe, Averbach, Suetin.




Incidenteel keek ik nog een boek in. En zo bleef dit eigenlijk tot een jaar of 3 a 4 terug. Ik was gestopt met werken, woonde alleen, en besloot meer tijd in het schaken te stoppen. In mijn woonkamer heb ik twee inbouw boekenkasten. Ik besloot deze vol te zetten met schaakliteratuur. Niet alleen voor de studie, ook omdat het kan! Mogelijk zou het bezit van een aantal kubieke meters schaakliteratuur al voldoende zijn voor een ELO-jump. Maar veel schaakboeken had ik niet meer. Maar via Marktplaats kon ik wat leuke aankopen doen. Soms met tien, twintig boeken tegelijk. Maar ik kocht ook nieuwe boeken, voornamelijk bij De Beste Zet.  
Nu was mijn insteek om te stoppen met verzamelen zodra de kasten vol zaten. Helaas is dit niet gelukt, er staan nog wat boeken in dozen.... Ik vermoed dat er een kast bij gekocht wordt binnenkort. De verzameling beslaat nu honderden boeken, helaas heb ik veel boeken nog niet ingekeken. Dat is het lot van de verzamelaar. 

Natuurlijk ben ik ook meer gaan lezen. Al snel werd duidelijk dat de echte theorieboeken mij niet meer zo lagen als vroeger. Mijn interesse is duidelijk verschoven naar de geschiedenis van het schaakspel en haar spelers. Zo is Genna Sosonko één van mijn favoriete schrijvers. Genna neemt je mee naar de schaakwereld van Rusland uit de tweede helft van de vorige eeuw. Als je als schaker eens geen zin hebt in diagrammen, maar wel schaaksfeer wilt proeven, raad ik Russian Silhouettes aan. Als je die gelezen hebt smaakt dit vanzelf naar meer.
Ook biografieën lees ik graag, daarbij eventueel partijmateriaal (tot later) overslaand, de uitgeverij MacFarland geeft schitterende schaakboeken uit, veelal over de oude meesters. Eén van mijn favoriete boeken is de biografie van Frank Marshall door Andy Soltis. Verder vind je bij mij van deze uitgeverij de biografieën van Amos Burn, Samuel Reshevsky, Aron Nimzowitch en Capablanca. 



Op het gebied van openingen is mijn bibliotheek wat mager, ik heb niet veel met studeren op dat vlak. De boeken zijn vaak ook saai. Een uitzondering hierop is Mayhem in the Morra door Marc Esserman. Dit is het leukste openingsboek wat ik ooit gelezen heb. Door het taalgebruik én de meest bloederige varianten die hij op het bord tovert, werd ik echt geënthousiasmeerd om mij door een aantal hoofdstukken te werken. Ook al ben je geen e4 speler, als je dit boek voor een zacht prijsje ziet, kopen!


Zoals zoveel schakers ben ik in een aantal boeken gelijker tijd bezig. Net uit heb ik de biografie van Donner door Münninghof. Niet de recent verschenen Engelse uitgave, maar de originele Nederlandse uit de jaren tachtig. Ik ben ook een heel eind gevorderd in het boek van Daniel King over Sultan Khan. Nog een biografie geschreven door Münninghof; die van Max Euwe, ligt op het nachtkastje. Checkmate! The Love Story of Mikhail Tal and Sally Landau is ook nog niet uit. Ook lees ik af en toe in De Koning van Donner. En dan zijn er nog wat "echte" schaakboeken waar ik in bezig ben. Een kleine greep: Second Piagorsky Cup (beschrijvende notatie... eeks!), Pump up your Rating, Applying Logic in Chess, 100 Endgames You Must Know. Vele andere boekenruggen kijken mij smekend aan om beetgepakt te worden. Ze zullen moeten wachten....Ondertussen is er deze maand weer een stapel boeken aangeschaft. Waaronder het eerste Prisma deeltje van Bouwmeester. Die was namelijk niet meer in mijn bezit.





Mijn favoriete schaakboek? Dat is het genoemde Prismaboekje van Hans Bouwmeester. Het heeft mij het zetje gegeven van een jongen die een spelletje speelde tot een aanbidder van Caïssa. 

Ik ben ervan overtuigd dat het schaken mij in het dagelijks leven geholpen heeft. Onder druk beslissingen nemen, analytisch denken, probleemoplossend vermogen en andere vaardigheden. Maar als dat niet zo was had en zou ik het ook niet willen missen….

De aanleiding voor het schrijven van dit stukje was het stokje welke ik van Ton Dulk mocht aannemen, ik geef het weer door aan John van de Laar van de Schaakvereniging Dordrecht.


Algemene Ledenvergadering seizoen 2020/2021

Beste leden en (ouders van) jeugdleden van de schaakvereniging Maassluis,

Hierbij nodig ik jullie uit voor de algemene ledenvergadering op maandag 14 september in de Flat. Het is een week later in verband met vakantie van de voorzitter. Op 7 september spelen we al wel de eerste competitieronde en start de jeugd.

Met vriendelijke groet,

Paul Blok

Secretaris/penningmeester SVM





dinsdag 14 juli 2020

Laatste zomeravond

Afgelopen maandag speelde de jeugd een snelschaaktoernooi. Stukken werden cadeau gegeven als warme broodjes. Dat soort dingen gebeurt nu eenmaal bij een beperkte bedenktijd van vijf minuten. En in de laatste ronde zelfs maar drie! Toen de rookwolken opgetrokken waren bleken Lars en Thijs gedeeld winnaar.

Bij de senioren ging het er een stuk rustiger aan toe en moest er tot half elf gewacht worden op de eerste uitslagen. Jan Spoor remiseerde met Koos Stolk. Jan probeerde Koos te verschalken met een stikmat, maar helaas voor hem werkte Koos daar niet aan mee. In de partij tussen Piet Hofstee en Marcel Bergen gingen de zware stukken snel van het bord. In een symmetrische pionnenstructuur, met iets beter gepositioneerde stukken voor Piet, leek remise onvermijdelijk. Toch leek het nog even verkeerd te gaan toen zwart een vrijpion op de a-lijn creerde. Maar de remisemarge werd niet overschreden. Alleen Martin van der Hidde wist het volle punt te scoren tegen Paul Blok. Martin had zijn loper op de a2-g8 diagonaal, en toen zijn paard op g5 kon komen werd de druk op f7 Paul fataal. Voorzitter Piet de Jong was oneven en fungeerde als toeschouwer.

Gezien de lage opkomst en de aankomende vakantieperiode heeft het bestuur in overleg met de Flat besloten dat dit de laatste speelavond van dit seizoen was. Wel wordt de senioren de gelegenheid geboden om op de vrijdagmiddag te komen schaken.

Om 15.00 uur willen we dan starten en dan spelen we ook weer het normale tempo. Er zijn dan wel andere bezoekers dus het is niet zo stil zijn als we gewend zijn. We zorgen ervoor dat er in elk geval iemand aanwezig is om in te delen. A.s. vrijdag Marcel Bergen en de 3 weken daarop Paul Blok.

Tevens is het wijkgebouw zaterdagmiddag open is vanaf 15.00 uur. Als je onderling afspreekt om een potje te schaken op zaterdag dan is dat ook mogelijk vanaf volgende week zaterdag 25 juli. Er is dan echter niemand aanwezig om in te delen.











donderdag 9 juli 2020

Schaakset uit het verre India

In 2014 keek ik naar een schaaktoernooi wat ook live via YouTube te volgen was. The Sinquefield Cup. De naam is ontleend aan de geldschieter; Rex Sinquefield. Rex is een stinkend rijke Amerikaan die gelukkig grif aan de schaakwereld geeft. De 2014 editie was de tweede. En gelijk het sterkste toernooi ooit met deelnemers als Magnus Carlsen, Fabiano Caruana, Veselin Topalov, Maxime Vachier-Lagrave, Levon Aronian en Hikaru Nakamura.

Fabiona Caruana scoorde in dit veld maar liefst zeven punten uit zijn eerste zeven partijen! Een ongekende prestatie. De laatste drie partijen ging de rem er (helaas) op en professioneel kwamen er drie remises bij. Genoeg voor de  toernooiwinst met een voorsprong van liefst drie punten op de wereldkampioen Magnus Carlsen.

Commentaar werd online geleverd door grootmeesters Seirawan, Ashley en WGM Shahade.
Tijdens deze uitzendingen (welke je nog terug kunt kijken op YouTube) viel mijn oog op de stukken waarmee gespeeld werd. Ik vond ze schitterend! Ik ging vervolgens op onderzoek uit waar deze stukken verkocht werden. Het bleek dat de schaakset speciaal voor het toernooi ontworpen waren, en dat een gelimiteerde oplage te koop was bij House of Staunton.
Het prijskaartje van $1400 weerhield mij ervan deze set te kopen.....


Fabian Caruana tijdens de Sinquefield Cup 2014
Foto uschampionships.com

Jaren later kwam ik het design tegen op de site van ChessBazaar  Hier was de set een stuk betaalbaarder, zo rond de $250. En ik heb een aantal maal op het punt gestaan de set te kopen. Eén keer tot aan het virtuele winkelwagentje toe.

Hoe het ook zij, woensdag 1 juli jongstleden was het dan zover, er was een 30% kortingsactie en ditmaal drukte ik op de Buy knop. Voor zo'n bedrag uit India bestellen vond ik toch wel wat. Maar de betaling deed ik middels PayPal zodat ik ook via dat medium verzekerd was. Daarbij had ik wat onderzoek online gedaan, en kopers van ChessBazaar zijn tevreden kopers zo kon ik concluderen.

Hier zie je een filmpje van een andere maker uit India.

Het wachten kon beginnen. Met een lockdown in India, en vermeende vertraging door Covid-19, was ik positief verrast dat DHL meende op 10 juli het pakketje schaakstukken al af te kunnen leveren. Dit bleek niet te kloppen. Terwijl ik met mijn hondje langs de Waterweg sjokte kreeg ik een SMS van DHL dat mijn schaakstukken afgeleverd waren bij sigarenmagazijn Hartelust op Palet. Dit was maandag al! Vijf dagen na de bestelling.

Dus snel het pakket opgehaald en thuis uitgepakt. En de schaakstukken zijn inderdaad heel mooi. Ben ook blij dat ik de zwarte stukken niet zwart maar in de houtkleur, palissander, heb genomen. Mijn favoriete stukken zijn het paard en de loper. Het paard vanwege de details, de loper vanwege de brede inkeping. Waarom die inkeping er zit is overigens voor meerdere uitleg vatbaar. De Engelsen zagen waarschijnlijk de vouw van de mijter van een bisschop in de gleuf boven in de loper, die eigenlijk de tanden van de olifant symboliseerde.Tenslotte vindt het schaakspel in Perzië haar oorsprong.
De set wordt met een extra set dames geleverd zodat bij promotie van een pion er één extra dame op het bord gezet kan worden.
Een schitterende set voor een betaalbare prijs.

Tekst en foto's : Martin van der Hidde

Hieronder de foto's:










Weer achter het bord & De jeugdkampioen

De schaaksport is redelijk coronabestendig, het online-schaken is populairder dan ooit. Maar achter de computer is het leven toch iets anders dan tegen een persoon aan de overkant van het bord, op wiens gezicht je misschien kunt aflezen hoe goed of slecht hij/zij de kansen inschat.
Maar… we mogen weer. Met allerlei beperkingen, zoals het niet beetpakken van een geslagen stuk van je opponent.
Bij de jeugd kon de clubkampioen zodoende alsnog worden gelauwerd, Thijs had zijn naaste belagers Tijn en Arnesh op een onoverbrugbare achterstand gezet. Hij ontving de kampioensbokaal uit handen van jeugdtrainers van der Hidde en Bergen. Proficiat Thijs! We hopen dat je nog lang bij ons je kunnen zult laten zien.



Bij de senioren een nog wat voorzichtige opkomst. Het werden wel gelijk drie marathonpartijen, zoals je die tijdens het online-schaken zelden tegenkomt. De uitslagen: Marcel Bergen – Martin van der Hidde 1-0, Peter Swart – Paul Blok remise en Piet de Jong – Jan Spoor 1-0.

Foto en tekst: Peter Swart

zondag 28 juni 2020

Schaken op 6 en 13 juli


Beste leden,
Van de Secretaris: 

Na ruim drie maanden is het weer mogelijk live te schaken! De kabinetsmaatregelen laten dit weer toe. Op maandag 6 juli en 13 juli willen we het schaken in De Flat weer aanvangen. We spelen dan het normale tempo: 90 minuten + 15 seconden per zet. De interne competitie is als geëindigd beschouwd en we spelen niet om een prijs.

Ook het jeugdschaken begint dan weer: om 19.15. De senioren beginnen zoals gebruikelijk om 20.00 uur.

We moeten ons wel aan de volgende richtlijnen houden:
  1. Bij binnenkomst zal door de barvrouw/barman een korte mondelinge gezondheidscheck worden gedaan, net als nu in de horeca wordt gedaan. Tevens moet je je handen reinigen; er is handzeep aanwezig. Als je gezondheidsklachten hebt: blijf thuis.
  2. We spelen op anderhalve meter afstand van elkaar. De tafels in het wijkgebouw mogen derhalve niet verplaatst worden. We spelen aan dezelfde tafels als gebruikelijk maar we zitten een kwartslag gedraaid en zitten dus verder van elkaar.
  3. Elke speler verplaatst alleen de eigen stukken, bij het slaan van een stuk plaats je je eigen stuk naast het stuk van de tegenstander op hetzelfde veld. De klok mag ingedrukt bij een slagzet als het stuk naast het stuk gezet is dat geslagen wordt. De tegenstander neemt zijn geslagen stuk van het bord.
  4. Wellicht ten overvloede: we schudden geen handen.
  5. Het is niet toegestaan om bij andere partijen te gaan kijken, zoals we gewend waren. Dit om de anderhalve meter afstand te bewaren. Als je partij afgelopen is neem je aan de bar plaats.
Op 6  en 13 juli spelen we dus in elk geval. Na deze datum zijn er meer speeldata op maandag mogelijk maar dit is afhankelijk van de opkomst.


Met vriendelijke groet,

Paul Blok

maandag 25 mei 2020

De Flatelier #5

Als in april 1993 de vijfde Flatelier op de deurmat valt, is er weer genoeg te lezen. Ik pik er één artikel uit, en wel van de hand van Peter de Bloeme. Eerst een stukje toelichting.

Toen ik ging schaken in de jaren '70 werden er 40 zetten in 1 uur en 45 minuten gespeeld meen ik mij te herinneren. Als er nog geen beslissing gevallen was, werd de partij afgebroken en op een ander tijdstip uitgespeeld. Nu had dit laatste nogal wat nadelen. Zo moest je bijvoorbeeld een week of twee na de wedstrijd nog eens naar een uithoek van de RSB om de partij uit te spelen. Soms maar een paar zetten. Ik maakte het zelfs mee dat ik een glad gewonnen stelling had. Ik belde mijn tegenstander voor de zekerheid nog eens op voor ik afreisde. Hij gaf toen alsnog telefonisch op. Bijna had ik er een uur voor in het OV moeten zitten....
Het kon ook voorkomen dat de partij niet uitgespeeld werd, maar dat sterke spelers van de bond de partijstelling arbitreerden en dan met een uitslag kwam. De verenigingen moesten daar wel voor betalen. Meer over het hoe en wat van een afgebroken partij vindt u HIER



De Garde klok, een analoge schaakklok, was zeer populair tot de intrede van de digitale klok.



Het Nederlandse bedrijf DGT is één van de grootste producenten van digitale schaakklokken.



Met de opkomst van de computer werd het analyseren van de afgebroken stelling ook anders. Een schaakprogramma kon gebruikt worden.
Dit had tot gevolg dat in 1993 de RSB besloot op haar ledenvergadering het tempo aan te passen naar 35 zetten in 1u30m en de rest van de partij in 15 minuten uit te spelen.
Peter licht in onderstaand stuk zijn bezwaren toe tegen dit besluit. Het geeft wat inzicht over het denken over een speeltempo in een tijdsgewricht wat 27 jaar achter ons ligt.

Zelf heb ik een klein aantal jaren later aan de wedstrijdleider RSB voorgesteld om dit tempo weer aan te passen naar een gehele partij in 1u45 min per persoon. In plaats van twee keer een tijdnoodfase, breng je dit terug naar één. Dat voorstel haalde het toen niet, maar werd later toch ingevoerd.
Nog later, door het gebruik van een digitale schaakklok, werd het tempo 1u30 per persoon, met een bonus van 15 seconden per zet. Dit wordt op onze vereniging en bij RSB-wedstrijden nog steeds gehanteerd.

Martin van der Hidde




Peter (rechts) en Martin als ondersteuners bij het NAVO schaakkampioenschap 2004

Regel door Peter de Bloeme

Al een beetje gewend aan de nieuwe regel voor wat betreft het aantal zetten in 90 minuten en het mogelijke vervolg van je schaakpartij?? Nou…

Laat ik eens alles op een rijtje zetten en mijn ervaring tot zover op papier noteren.

Twijfels heb ik nog steeds over de motlvatle om tot deze regelgeving te komen. Ik blijf erbij dat het voor de arbitragecommissie van de RSB een hardnekkige
 kwaal was dat men de afgebroken partij kon laten arbitreren en dat daar, door teveel verenigingen, misbruik van werd gemaakt.  Geen wonder dat de RSB als één van de eerste is overgestapt op de nieuwe tijdlimiet en het vervolg van de partij met 15 minuten extra tijd uit  te laten schaken. Duidelijk is dat ik nog steeds moeite heb met deze gang van zaken.

Waarom? Ik merk dat er een facet van het schaakspel totaal verwaarloosd wordt, het eindspel, met name genoemd. Een beetje slimme speler probeert in een zo vroeg mogelijk stadium voordeel te krijgen of in ieder geval het initiatief in handen te hebben, door openingen te gaan leren. Dit kan geen kwaad en komt het spel ten goede tot op zekere hoogte, want als iedereen dit doet, op zijn nivo, is er geen verschil. Zo zijn er tal van varianten te bedenken over matige openingskenner maar positioneel sterke speler, speelt op intuïtie enz.

Wat heeft dit met mijn spel te maken?

Aan het begin van een partij ga ik er vanuit dat mijn tegenstander van gelijkwaardige sterkte is. Ik moet er dus gelijk al rekening mee houden dat na 35 zetten de stand in evenwicht is. In deze 35 zetten komen altijd de opening en het middenspel aan de orde. Als ik het tref, dat de opening bekend is, dan geeft dat wat tijdwinst. Gelukkig ken het schaakspel om en nabij de 10.000 openingen en varianten wat er in de praktijk op neerkomt dat het al vlug onbekend is Dit laatste is minder, want veel tijd om een plan te bedenken heb je niet, Ik merk dat in zo'n geval de partij heel snel oppervlakkig wordt om maar zo gunstig mogelijk naar dat eindspel toe te werken tenslotte valt om 07.00 uur de vlag.

Aha het gaat niet alleen ten koste van het eindspel. maar ook van mijn opening- en middenspel. ik zal nog meer openingen moeten leren om dit op te willen vangen. Geen geringe opgave als ik nog een beetje wil presteren en dat wil ik.


Om te presteren moet er gewonnen worden, dat houdt in dat ik toch tegen beter weten in meer tijd verbruik in de opening en het middenspel dan verantwoord is, want ik ga de strijd aan, dit' geeft mij meer spelplezier dan een partij uitschuiven en de complicaties uit de weg gaan. Lekker schuiven en de stukken op het bord houden, zoals laatst tegen Wim het geval was. Beide hadden we voor de eerste 35 zetten goed gebruik gemaakt van de beschikbare tijd, maar dan krijgt zo’n partij toch een heel andere wending als de klok 45 minuten wordt doorgedraaid en je met je neus op feiten gedrukt wordt dat er voor de rest van de partij nog maar 20 - 25 minuten beschikbaar zijn. Er is geen indicatie hoeveel zetten er nog gedaan gaan worden, geen tijdsindeling dus om gemiddeld per zet 2 - 3 minuten uit te trekken, alles moet snel. Om ook dit facet goed onder de knie te krijgen moet ik thuis' naast mijn verdere uitbreiding van mijn openingsrepertoire, het snelschaken gaan beoefenen? Nee, dit gaat mij te ver en heeft weinig meer met de opzet van de schaakpartij te maken. Snelschaken is een andere tak van de schaaksport.

Ik ga geen pleidooi houden om het afbreken van een partij weer in te voeren, maar ik hoop wel dat de RSB nog een soort evaluatie zal houden na één seizoen met deze nieuwe regel te hebben geëxperimenteerd.

De enige positieve geluiden die ik heb opgevangen geven mij te denken waarom er überhaupt geschaakt wordt. ’Goh, lekker vroeg klaar vanavond“. Eigenlijk blijft het bij deze. Dit is toch niet het doel geweest van de nieuwe regel? Of omdat dit nu eenmaal is vastgesteld door de RSB blijven we zo spelen, is' de slechtste reden om het niet te veranderen. Vanuit mijn standpunt zeg ik; helaas hebben we er zelf voor gekozen op de RSB-vergadering.

Het wereldrecord op de 100 meter sprint kan ook niet verbeterd blijven worden, er is een grens en deze is bij het schaken te ver doorgevoerd ten koste van...., het schaakspel.